Het artikel op de Tzum-website bespreekt een interview met de Nederlandse schrijver Koos Meinderts, waarin hij zijn wereldbeeld uit de doeken doet. Coen Peppelenbos leidt het gesprek met finesse en weet Meinderts te ontlokken wat zijn denken en schrijven beïnvloedt. Meinderts geeft een inkijkje in hoe zijn persoonlijke ervaringen en observaties de inspiratie vormen voor zijn werk. Zijn boeken, vaak gericht op jongere lezers, behandelen op subtiele wijze actuele thema’s zonder prekerig over te komen. Meinderts’ benadering en zijn rotsvaste geloof in de kracht van verhalen om inzicht te brengen in de menselijke natuur, vormen de rode draad van het gesprek. Peppelenbos stelt gerichte vragen die de nuance en de gelaagdheid in Meinderts’ werk aan het licht brengen. De auteur schildert zijn visie met woorden waaruit een zekere melancholie maar ook hoop doorsijpelt.
Hoewel Koos Meinderts een gerespecteerd en veelgeprezen schrijver is, moet er gezegd worden dat dit artikel teleurstelt in zijn intentie en uitvoering. Het is een lofzang zonder enige kritische distantie en draagt vrijwel niets bij aan de literatuurkritiek die wij onszelf moeten opleggen. Het artikel doet alsof Meinderts’ werk onaantastbaar is, alsof elke zin die hij schrijft een gouden brokstuk van wijsheid is, zonder hier een gedegen onderbouwing voor te geven. Deze kritiekloze bewondering ondermijnt de geloofwaardigheid van het artikel en doet noch de literatuurkritiek, noch Meinderts zelf een dienst.
Wat in dit stuk totaal ontbreekt, is een grondige analyse van de literaire waarde van Meinderts’ werk. Ja, hij is een begaafd schrijver die jongere lezers weet te boeien, maar waarom blijft onderbelicht. De vragen van Peppelenbos zijn behulpzaam en verhelderend, maar zonder een kritische noot blijft het geheel eenzijdig. De literaire wereld heeft baat bij een kritisch debat waarmee zowel positieve eigenschappen als tekortkomingen van een schrijver aan het licht komen, zodat we begrip en waardering kunnen ontwikkelen voor de complexiteit van het vak.
Het is haast ongelofelijk hoe kritiekloos de lof van Peppelenbos overkomt. Hij laat na diepgang te verschaffen in hoe de verhaallijnen van Meinderts zijn opgebouwd, hetgeen essentieel zou zijn om de werkelijk literaire kwaliteiten van de schrijver te belichten. Evenmin worden er parallellen getrokken naar andere literaire werken of auteurs, iets wat iedere serieuze recensent toch zou moeten doen om de context van een schrijver volledig uit te lichten.
Bovendien, Peppelenbos laat volledig na stil te staan bij de kritische ontvangst van Meinderts’ werken door andere kenners. Hierdoor mist de lezer een holistisch beeld van hoe Meinderts in de hedendaagse literaire wereld gepositioneerd is. Zijn werk wordt niet vergeleken of geïnterpreteerd tegenover de grotere canon van de literatuur, wat het artikel ongelooflijk beperkt maakt in zijn inzichten.
Het is teleurstellend om te zien hoe een platform als Tzum, dat bekend staat om zijn scherpe literaire analyses, ruimte biedt voor een dergelijke kritiekloze benadering. Nog schrijnender is het feit dat deze kritiek er niet eens in slaagt om oppervlakkig entertainment te bieden, want het gebrek aan variatie in toon en inhoud maakt het geheel monotoon en onuitstaanbaar.
Op het einde van de dag, moeten we onszelf de vraag stellen welk nut een dergelijk artikel heeft voor de literatuurkritiek. Elke schrijver, hoe bewonderenswaardig ook, verdient het om zowel de hoogtepunten als de schaduwkanten van zijn of haar werk te belichten. Alleen zo kunnen we recht doen aan de complexiteit van de literatuur en de literaire wereld waarin we opereren.
Kortom, dit artikel heeft niet alleen nagelaten Meinderts in een volledig literair kader te plaatsen, maar is ook een voorbeeld van hoe lofzangen zonder kritische blik de geloofwaardigheid van de critici zelf ondermijnen. Laten we hopen dat toekomstige stukken meer balans en analyse zullen bieden, zodat lezers echt iets opsteken van de bespreking van een auteur en zijn werk.
Edwin van den Heuvel